2018 Ja Zuster, Nee Zuster
Zuster Klivia probeert de orde te handhaven in het Rusthuis aan de Primulastraat. Dat valt niet altijd mee met de bonte verzameling huurders. In plaats van rustige oude dames, zoals Buurman Boordevol had verwacht, wonen er de briljante, maar niet begrepen Ingenieur, dromerige Jet en de jongelui Bertus en Bobby. Als inbreker Gerrit op een dag liefdevol wordt opgenomen in het Rusthuis rijgen de problemen zich aaneen.
Zuster Klivia is als altijd de positivo zelve: “Doorgaans is het een vrolijke boel hier in huis. Er lopen wat zonderlinge figuren rond, maar er is altijd plaats voor nieuwe huurders. Dan maken we gewoon een extra bed op. Waar ik wel wat problemen mee heb is Buurman Boordevol. De Buurman klaagt altijd dat het hier zo’n herrie is. Daar heeft hij natuurlijk wel een beetje gelijk in. Maar hij hoeft toch niet iedere keer te dreigen dat hij ons op straat zal zetten.”
Ontruiming dreigt voor Rusthuis Klivia!
“U zei dat het een rusthuis zou worden, met nette oude dames. Maar ik hoor alleen maar herrie van die rare bewoners van u. En daarbij steeds die ontploffingen in de kelder. Oh … het is mijn huis: ik zet u op straat!” Een knallende burenruzie in de Primulastraat; de Rijdende Rechter zou er vast raad mee weten. Voordat het zover komt, kunnen we beter eerst eens bij de betrokkenen informeren wat er nu eigenlijk aan de hand is.
Alle hens aan dek voor decor
Een decor in elkaar zetten gaat nog niet zo makkelijk als het lijkt. Ondanks het feit dat de circa tien mannen van de decorploeg van Toneelgroep Vessem aardig op elkaar ingespeeld zijn. Een gesprek met enkele van hen, over hoe zij daarin te werk gaan, ontaardt al gauw in een werkoverleg en afspraken maken voor de komende vrije zaterdagmiddag. En terwijl ze allemaal vooral achter de schermen bezig zijn, zouden ze het samen niet slecht doen in een humoristische sketch op de bühne.
